St. Maarten, St. Martin, Anguilla en weer St. Maarten (februari tot 9 maart)
We
zouden
nog
even
carnaval
meemaken
aan
de
Franse
kant
(St.
Martin)
en
dan
zouden
we
na
een
maand
op
St.
Maarten
aan
de
boot
gewerkt
te
hebben,
eindelijk vertrekken......
Het
was
een
echt
Caribbisch
carnaval.
We
vonden
het
allebei
een
van
de
allerleukste
dingen
die
we
tot
dan
toe
hadden
meegemaakt.
In
Marigot
was
er
een
fantastische
"grand
parade"
met
muziek
en
vooral
vrouwen,
maar
ook
mannen
en
kinderen
gekleed
in
kleurrijke,
versierde
pakjes
en
hoofdtooien
met
veren
e.d.
We
hebben
allebei
met
plezier
staan
filmen
en
fotograferen
en
de mensen vonden het leuk om gefotografeerd te worden.
Kort
daarna
waren
we
blij
dat
we
uit
de
lagune
door
de
brug
naar
buiten
voeren
om
naar
Anguilla
te
gaan.
Marcel
wilde
nog
even
de
aangegroeide
onderkant
van
de
boot
schoon
maken
en
dan
zouden
we
gaan.
Het
bleek
dat
daar
geen
beginnen
meer
aan
was
en
we
besloten
om
maar
weer
de
lagune
in
te
gaan
en
de
boot
bij
Bobby’s
Marina
eruit
te
laten
halen
en
een
nieuwe
laag
antifouling aan te brengen. Het was het wel waard, want daarna zeilde Alegría ruim een knoop sneller!
Wat
is
dat
toch
typisch.
Tijden
hebben
we
vast
gezeten
op
St.
Maarten,
maar
ook
zaten
we
zelf
vast,
verstrikt
in
ons
eigen
denken.
We
waren
ook
om
de
haverklap
verkouden.
Wat
wilden
we
nu?
Tot
dan
toe
hadden
we
een
doel
gehad
om
in
de
Caribbean
te
komen
en
nu
waren
we
in
de
Caribbean
en
wat
nu,
gaan
we
naar
het
noorden
of
naar
het
zuiden
en
is
dit
het
nu?
En
dan
ook
nog
de
vraag:
"Wat
willen
we
met
ons
verdere
leven,
hierna
gaan
doen?"
Die
vraag
komt
steeds
vaker
bij
ons
op
en
dwingt
steeds
meer
om
een
antwoord.
We
willen
graag
weer
meer
onze
hersens
gebruiken,
ook
weer
gaan
werken.
Hoe
zit
dat
dan?
Mensen
zeggen
wel
eens
dat
ze
jaloers
op
ons
zijn
dat
we
dit
kunnen
doen.
Terwijl
wij
dit
paradijs
nu
beleven
(afgezien
van
bootonderhoud,
minder
prettige
karweitjes
of
zeeziekte),
denken
wij
wel
eens:
"Goh,
het
zou
fijn
zijn
om
een
basis
te
hebben
en
weer
te
werken".
Wil
je
als
mens
dan
kontinu
wat
anders?
Zijn
we
dan
nooit
tevreden
op
het
moment
met
wat
we
doen?
De
truc
is
waarschijnlijk
om
te
leren
in
het
nu
te
leven
en
van
alles
te
genieten
(dat
is
pas
Alegría!)
Wat
missen
we
dan
toch?
Iets
doen
wat
je
vervulling
geeft,
maar
dit
geeft
ons
ook
vervulling.
Iets
creëren.
Iets
van
jezelf
ergens
in
leggen,
bijdragen
tot
iets.
Ik
wil
iets
creatiefs
met
mensen
doen.
Misschien
is
dat
wel
de
quest
naar
Alegria?
Je
diepste
zelf
ontdekken.
Je
wordt
zo
teruggeworpen
op
jezelf
dat
je
gedwongen
wordt
om
goed
naar
jezelf
te
kijken
en
jezelf
te
beter
te
leren
kennen.
Je
kunt
er
nu
niet
meer
om
heen
met
het
excuus
van
"ik
heb
geen
tijd"
of
"ik
heb
het
te
druk"
etc.
En
zo
hoop
ik,
door
helemaal
naar
binnen
te
keren
er
achter
komen
wat
me
motiveert
en
inspireert,
zodat
ik
dan
bewust
kan
kiezen
wat
ik
ga
doen.
We
komen
ook
dichter
tot
elkaar.
Wel
toevallig
dat
we
steeds
weer
mensen
tegen
komen
die
ook
dit
jaar
de
oversteek
gedaan
hebben.
Iedereen
schijnt
na
aankomst
in
een
soort
van
impasse
te
geraken
en
ook
dat
gevoel
te
hebben
van
wat
nu.
Alleen
iedereen
lost
het
weer
anders
op.
De
een
verkoopt
de
boot,
de
ander
vaart
naar
IJsland
en
nog
een
rondje
om
de
Atlantic
en
weer
anderen
gaan
naar
Noord
Amerika
om
het
hurricane
seizoen
door
te
brengen,
een
groep
gaat
via
de
Azoren
weer
terug
naar
Europa
en
weer
andere
gaan
dit
jaar
door
het
Panama
kanaal
en
zeilen
verder
naar
Polynesië.
We
hebben
dit
allemaal
overwogen
en
hebben
inmiddels
een
beslissing
genomen.
Ook
al
is
het
vast
prachtig
in
Noord
Amerika,
we
zijn
hier
naar
toegekomen
om
de
Caribbean
te
bekijken
en
dat
gaan
we
dan
ook
doen.
We
kunnen
altijd
nog
besluiten
om
volgend
jaar
verder
naar
het
noorden
te
gaan,
of
door
het
Panama
kanaal.
Nu
door
het
Panama
kanaal
vinden
we
te
snel.
Eerst
maar
eens
ervaren
hoe
het
ons
hier
bevalt.
Anders
vergeten
we
nog
om
hier
om
ons
heen
te
kijken
en
zijn
we
alleen
vooruit
aan
het
plannen.
We
verheugen
ons
er
erg
op
om
eerst
een
paar
weken
naar
de
Virgin
Islands
te
gaan
en
dan
eilandje
voor
eilandje
af
te
zakken
naar
het
zuiden
en
daar
ook
rustig
de
tijd
voor
te
nemen
om
de
sfeer
van
de
verschillende
eilanden
goed
te
proeven.
We
hebben
gemerkt
dat
alle
eilanden,
als
je
ze
goed
bekijkt,
er
ook
het
land
verkent,
met
de
mensen
praat
en
door
de
natuur
loopt,
heel
verschillend
zijn.
Ze
hebben
allemaal
leuke en minder leuke kanten en hebben een heel andere sfeer en cultuur.
St.
Maarten
is
in
tegenstelling
tot
Antigua
met
overwegend
zwarte
lokale
bevolking,
een
soort
smeltkroes
van
allerlei
verschillende
culturen,
afkomstig
van
alle
kontinenten
in
de
wereld.
Dat
maakt
het
wel
heel leuk en internationaal.
Toen
de
boot
klaar
was
gingen
we
naar
Anguilla.
Anguilla
is
weer
heel
anders.
Anguilla
is
plat
in
tegenstelling
tot
de
eilanden
waar
we
tot
nu
toe
waren.
Als
je
op
een
kaart
van
de
Caribbean
kijkt,
kun
je
zien
dat
er
in
feite
twee
eilanden
ketens
zijn.
Ze
zijn
allebei
vulkanisch
van
oorsprong.
De
binnenste
keten
van
Grenada
tot
Saba
is
jonger
en
daardoor
bergachtig,
zodat
er
zich
vaak
wolken
vormen
waar
regen
uitkomt,
waardoor
ze
vaak
weelderig
begroeid
zijn.
De
buitenste
keten
met
eilanden
zoals
St.
Maarten
en
Anguilla
is
ouder,
verweerd
en
daardoor
minder
bergachtig
en
dus
droger
(hoewel
je
dat
dit
jaar
niet
zou
zeggen
van
St.
Maarten).
In
tegenstelling
tot
op
St.
Maarten
krijg
je
op
Anguilla
een
heerlijk
rustig
plattelands
gevoel,
met
heel
vriendelijke
zwarte
en
blanke
mensen.
Iedereen
zegt
hallo
op
straat.
Er
is
daar
nog
onbedorven
natuur
met
adelaars
roggen
en
zeeschildpadden
onder
water
en
o.a.
pelikanen
en
pijlstormvogels
boven
water.
Er
staan
ook
prachtige
Caribbische
huizen
en
we
hebben
de
fantastische
artgallery/atelier
van
Michèle
Lavalette
bezocht.
Haar
website
is
www.michelelavalette.com.
We
zijn
een
dagje
naar
Prickly
Pear
Cay
East
geweest,
een
prachtig
onbewoond
eilandje met witte stranden en heel helder water, waar we gesnorkeld hebben.
Toen
was
er
een
flinke
deining
uit
het
Noorden
voorspeld
en
konden
we
de
oversteek
naar
de
Virgin
Islands
niet
maken.
We
besloten
om
terug
te
gaan
naar
St.
Maarten
en
de
Heineken
regatta
van
dichtbij
mee
te
maken.
We
zijn
naar
Orient
Bay
aan
de
oostkant
van
St.
Maarten
gezeild,
hebben
bij
Ile
Pinel
voor
anker
gelegen
en
hebben
gewacht
tot
daar
de
eerste
boten
voor
de
wind
met
spinnaker
op
voorbijgezeild
kwamen.
We
hebben
toen
op
de
genoa
met
ze
meegezeild
en
veel
foto’s
kunnen
nemen.
De
tweede
dag
in
Marigot
troffen
we
toevallig
Sjors
en
Carola,
die
we
begin
augustus
op
"Felice"
in
La
Coruña
hadden
ontmoet
en
die
nu
in
de
organisatie
van
de
regatta
zaten.
Leuk
om
hen
weer
te
zien!
Ook
zagen
we
Shirley
en
Guustaaf
van
"Jahazi"
nog
op
de
valreep.
Ze
waren
terug
van
hun
bezoek
aan
Holland
en
gingen
naar
de
BVI.
om
hun
boot
te
verkopen.
Wij
kregen
veel van hun levensmiddelen voorraad. Vooral de goulash was lekker.
Op
9
maart
vertrokken
we
om
4
uur
’s
ochtends
naar
de
BVI.
Het
was
een
mooie
nacht
met
veel
sterren
en
een
klein
maantje.
De
overtocht
verliep
goed
met
wind
in
de
rug
en
om
5
uur
’s
middags
lieten
we
het
anker
vallen
bij
Spanish
Harbour
op
Virgin
Gorda.
British Virgin Islands (BVI, 9 tot 18 maart)
We
hebben
een
heerlijke
tijd
gehad
op
de
BVI.
We
vonden
het
heel
leuk
om
hier
weer
te
zijn.
We
hadden
hier
in
1995
een
45
feet
Centurion
gechartered
met
een
groep
vrienden
uit
Caracas.
Bijna
iedere
dag
hebben
we
gesnorkeld
en
de
ene
plek
was
nog
mooier
dan
de
andere.
We
zijn
gaan
snorkelen
en
wandelen
bij
de
Baths
op
Virgin
Gorda.
De
Baths
bestaan
uit
strandjes
met
palmbomen
en
af
en
toe
enorm
grote
granietblokken.
Het
was
er
wel
druk.
Die
avond
zijn
we
naar
Marina
Cay
gegaan.
Een
eilandje
met
bovenop
een
leuke
bar
met
terras,
waar
we
de
zon
onder
hebben
zien
gaan.
Daarna
in
een
restaurant
aan
het
water gegeten en de volgende ochtend gesnorkeld.
Het
allermooiste
in
de
BVI
vonden
we
Anegada,
het
laagste
eiland,
bijna
helemaal
omgeven
door
koraalriffen.
We
vonden
het
best
spannend
om
tussen
de
riffen
door
te
varen.
Gelukkig
was
het
goed
aangegeven.
Aan
de
wal
hebben
we
een
hobbelbus
gepakt
naar
de
mooie
Loblolly
Beach
aan
de
noordkant
van
het
eiland.
Daar
waren
prachtige
onderwater
valleien
en
koraal
tuinen
om
tussen
door
te
snorkelen.
Er
zwommen
ook
allerlei
rifvissen,
o.a.
een
grote
baracuda
en
inktvissen. We hebben tijdens een strand wandeling naar Pomato Point ook vogels gezien.
Op
Tortola
hebben
we
wat
rondgewandeld
door
Road
Town
en
hebben
’s
avonds
in
een
ouderwets
Engelse
pub
(Pusser’s)
gegeten.
Bij
Norman
Island
hebben
we
in
grotten
gesnorkeld
en
kreeften
gezien.
Een
van
de
mooiste
baaien
vonden
we
Cane
Garden
Bay.
Het
was
er
heel
beschut
en
we
zagen
er
zeeschildpadden
boven
water
komen.
Het
strand
was
prachtig.
Die
avond
hebben
we
gegeten
in
Quito’s
Gazebo
aan
het
strand
en
naar
de
fantastische
reggaemuziek van Quito’s band geluisterd en erop gedanst. Heerlijk!
Sandy Spit is een klein onbewoond Robinson Crusoë eiland waar we ook heerlijk gesnorkeld hebben.
US en Spanish Virgin Islands (18 maart tot 1 april)
Vervolgens
zetten
we
onze
reis
voort
richting
Puerto
Rico.
Eerst
uitklaren
in
Sopers
Hole
(BVI),
dan
inklaren
in
Cruz
Bay
(USVI),
en
dan
nog
eens
inklaren
in
Culebra
(Puerto
Rico).
Puerto
Rico
is
ook
onderdeel
van
de
VS,
maar
staat
qua
duane
toch
weer
los
van
de
USVI.
Culebra
en
het
dorpje
Dewey
ademen
een
heel
relaxte
sfeer
uit.
We
vonden
het
heerlijk
om
weer
Spaans
te
spreken.
Het
was
fantastisch
om
de
volgende
ochtend
wakker
te
worden
in
de
baai.
Overal
hoorde
je
hanen
kraaien,
heel
landelijk. Zo waren we vroeg op om naar Puerto Rico te zeilen.
Puerto
Rico
is
tot
nu
toe
de
kroon
op
onze
zeiltocht.
Vooral
in
de
binnenlanden
en
in
de
oude
steden
deed
het
ons
denken
aan
Venezuela
en
op
de
snelweg
en
in
shopping
malls
aan
de
VS.
We
hebben
de
boot
in
marina
Puerto
del
Rey
gelegd,
hebben
een
auto
gehuurd
en
zijn
er
een
week
op
uit
getrokken.
Eerst
zijn
we
naar
het
El
Yunque
regenwoud
gegaan
in
de
bergen
in
het
noordoosten
van
het
eiland.
We
zijn
daar
naar
de
Las
Minas
watervallen
gewandeld.
We
hebben
veel
vogels
en
boomkikkers
gehoord.
De
boomkikkers
heten
"coqui"
en
dat
is
ook
het
geluid
dat
ze
maken.
De
planten-
en
boomgroei
is
overweldigend
met afwisselend loofbomen, palmbomen, varens, boomvarens en bamboe.
Daarna
hebben
we
de
Ruta
Panoramica
gereden
van
Yabucoa
in
het
zuidoosten
door
de
Central
Cordillera
naar
Maricao
in
het
westen.
We
hebben
genoten
van
prachtige
uitzichten.
Het
was
nu
misschien
ook
wel
extra
mooi,
want
heel
veel
bomen
stonden
in
bloei.
Vooral
de
enorme
fel-oranje
bloemen
van
de
Afrikaanse
Tulpenboom
waren
overal
te
zien.
Ook
langs
die
route
zagen
we
af
en
toe
watervallen.
We
hebben
een
nacht
doorgebracht
in
Casa
Grande,
een
"parador"
in
de
buurt
van
Utuado.
Dit
was
een
fantastische
ervaring.
Het
lag
midden
in
de
bergen
tussen
al
die
prachtige
planten.
Het
had
een
restaurant
en
een
zwembad
met
uitzicht.
We
sliepen
in
een
hut,
die
er
van
binnen
als
een
hotelkamer
uitzag,
met
balkonnetje
en
hangmat.
Het
mooiste
was
om
om
6
uur
’s
ochtends
wakker
te
worden
van
al
die
vogel-
en
kikker
geluiden.
Het
hele
bos
kwam
tot
leven.
Mijn
moeder
zei
me
later:
"Misschien
deed
het
je
aan
Klamono
in
Nieuw
Guinea
denken"
(we
hebben
daar
van
m’n
tweede
tot
m’n
vijfde
jaar
gewoond)
en
wie
weet
is
dat
ook
wel
zo.
Die
ochtend
heb
ik
daar
aan
een
yoga/meditatie
sessie
meegedaan.
Ik
heb
me
er
de
hele
dag
heerlijk
door
gevoeld.
Het
leek
me
ook
leuk
om
zelf
iets
dergelijks
te
beginnen
met
zo’n
ruimte
om
naast
yoga
en
meditaite
ook
kunst/vrije
expressie
te
beoefenen.
Tussen
Adjuntas
en
Maricao
zijn
we
door
koffie-,
sinaasappel-,
mandarijn-,
en
bananen
plantages
gereden.
De
koffieplanten
waren
in
bloei
en
roken
heerlijk
(een
beetje
jasmijnachtig),
de
sinaasappels
en
mandarijnen
hingen
rijp
in
de
bomen
of
vielen
al
op
de
grond.
Onvoorstelbaar
dat
die
plantages
op
zulke
steile
hellingen
staan.
Dat moet wel heel wat werk zijn.
We
wilden
graag
nog
een
nacht
in
een
andere
"parador"
in
de
bergen
doorbrengen,
maar
alles
was
vol,
omdat
het
"Semana
Santa"
(de
week
voor
Pasen)
was
en
iedereen
in
Puerto
Rico
vrij
had
en
erop
uit
trok.
Toen
hebben
we
een
nacht
in
een
oudbollige
maar
heel
Puerto
Ricaanse
"parador"
bij
een
thermale
bron
en
kuuroord
doorgebracht.
De
volgende
dag
zijn
we
naar
het
Indianen
park
"Tibes"
gegaan.
Daar
lieten
ze
zien
hoe
de
Taino
Indianen
op
Puerto
Rico
leefden
voor
de
komst
van
Columbus.
Er
was
een
gids
die
er
fantastische
verhalen
bij
vertelde.
We
zijn
naar
Hacienda
Buena
Vista
gegaan,
waar
ze
lieten
zien
hoe
mais
en
koffie
gemalen
werd
met
behulp
van
watermolens.
Ook
lieten ze zien hoe chocola van cacao gemaakt werd.
In
Ponce
hebben
we
het
oude
centrum
bekeken.
Vooral
Castillo
Serrallés
was
zeer
de
moeite
waard.
In
de
kathedraal
waren
de
banken
versierd
met
palmtakken
voor
Palmpasen.
Er
zijn
die
dag
ook
processies
geweest,
maar
die
hebben
wij
gemist.
Ook
hebben
we
nog
twee
halve
dagen
in
Old
San
Juan
doorgebracht.
Het
is
een
prachtige,
drukke
stad
met
veel
oude
straatjes,
waarvan
de
huizen
in
pasteltinten
geschilderd
zijn,
met
lantaarns
en
balkonnetjes.
De
stad
is
bijna
helemaal
omgeven
door
een
muur,
die
tussen
1635
en
1645
in
de
Spaanse
koloniale
tijd
gebouwd
is.
Je
kunt
er
aan
de
buitenkant
langs
lopen
op
de
Paseo
de
la
Princesa.
We
zijn
aan
het
eind
van
de
week
nog
eens
teruggegaan
naar
El
Yunque
om
nog
een
mooie
wandeling
door
het
regenwoud
te
maken.
Dat
lukte
precies
tussen
twee
enorme
buien
door.
Het
was
nu
extra
mooi
met
al
die
natte
glimmende
bladeren,
het
natte
mos
en
elfenbankjes.
Na
een
week
vonden
we
het
moeilijk
om
weer
te
vertrekken
uit
Puerto
Rico.
We
hadden hier best langer willen blijven, het trekt ons ook om er te wonen als dat mogelijk zou zijn.
Tijdens
ons
verblijf
in
de
marina
lagen
we
naast
"Serendipity".
En
zo
hebben
we
de
familie
Brown
uit
Beaumont,
Texas
ontmoet.
Heel
lieve
mensen.
We
vertrokken
op
dezelfde
dag
en
zagen
elkaar
weer
bij
Palominos,
een
eilandje
even
ten
noordoosten
van
de
marina.
Ze
zijn
bij
ons
op
de
borrel
geweest.
De
volgende
dag
was
er
geen
wind,
en
zijn
we
naar
Cayo
Luis
Peña,
een
eilandje bij Culebra gemoterd, waar zij ook weer lagen en hebben toen ’s avonds heel gezellig en lekker bij hen gegeten.
De
nacht
voor
Pasen
lagen
we
voor
anker
bij
Culebrita.
Het
ritselde
in
de
baai
van
de
zeeschildpadden,
die
steeds
boven
kwamen om lucht te happen. Op Paasochtend hebben we paaseieren beschilderd.
Via BVI terug naar St. Maarten (2 tot 6 april)
Op
eerste
Paasdag
zijn
we
naar
Caneel
Bay,
St.
John
gezeild
en
hebben
’s
avonds
een
feestelijk
paasdiner
gegeten
in
een
leuk
restaurant
aan
het
water
in
Cruz
Bay.
Op
1
april
draaide
de
wind
naar
het
oostnoordoosten
en
kwam
precies
uit
de
richting
waar
we
naar
toe
moesten.
Na
een
dag
flink
kruisen
konden
we
bij
Virgin
Gorda
voor
anker
gaan.
De
volgende
dag
kwam
de
wind
uit
het
oostzuidoosten,
precies
uit
de
richting
van
St.
Maarten
waar
we
naar
toe
moesten.
We
zeilden
weg
uit
de
BVI
door
om
de
noordkant
van
Virgin
Gorda
heen
te
varen.
Op
het
ondiepe
platform
tussen
Virgin
Gorda
en
Anegada
werden
we
vreselijk
opzij
gezet
door
een
sterke
tegenstroom,
waardoor
we
nauwelijks
vooruit
kwamen.
Na
een
paar
uur
kwamen
we
in
dieper
water,
en
konden
we
beter
opschieten,
hoewel
we
eerst
meer
in
de
richting
van
St.
Croix
zeilden.
Gedurende
de
dag
draaide
de
wind
gelukkig
steeds
meer
naar
het
noordoosten,
zodat
we
tegen
de
avond
eindelijk
meer
richting
St.
Maarten
konden
varen.
De
wind
was
veel
sterker
dan
verwacht
met
18
tot
25
knopen
en
dat
viel
niet
mee
aan
de
wind
met
een
flinke
deining
tegen.
Af
en
toe
daalde
de
snelheid
daardoor
tot
2
knopen.
Bovendien
werden
we
alsmaar
zeezieker.
Gelukkig
heb
ik
op
tijd
een
pilletje
kunnen
nemen,
maar
Marcel
was
net
iets
te
laat.
De
nacht
was
eerst
heel
duister,
maar
gelukkig
kwam
om
12
uur
de
maan
op.
Van
slapen
kwam
er
die
nacht
niet
veel.
Daarbij
kwam
dat
er
af
en
toe,
met
name
in
de
buurt
van
St.
Maarten,
flinke
buien
kwamen,
die
gepaard
gingen
met
25
tot
30
knopen
wind,
waarbij
we
moesten
reven
en
zelfs
bijliggen,
omdat
er
in
de
regen
helemaal
niets
meer
te
zien
was
en
we
anders
op
aanvarings
koers
met
een
cruiseship
zouden
zitten.
Eerder
die
nacht
had
een
cruise
ship
ons
niet
gezien,
maar
gelukkig
had
Marcel
hem
opgeroepen,
waarna
hij
uitweek.
De
volgende
ochtend
vroeg
kwamen
we
uitgeput
in
Simpson
Bay
aan
en
wie
zagen
we
daar
voor
anker
liggen?
Foekje
en
Hans
met
"Romarin".
Wat
leuk!
We
voelden
ons
meteen
weer
thuis.
Na
nog
een
dag
slapen
hebben
we
ze
uitgenodigd
om
bij
ons
te
komen
eten
en
we
hebben
een
heel
gezellige
avond
gehad
samen.
Nu
wachten
we
op
het
weer,
want
het
stormt
en
giet
weer
eens
op
St.
Maarten.
We
waren
naar
St.
Maarten
gekomen
om
een
windgenerator te installeren, en die zit er nu bijna op.