13 september tot 13 november – de Canarische Eilanden
Op
13
september
vertrokken
we
uit
Lagos
aan
de
Algarve
(Portugal)
met
bestemming
Lanzarote
(Canarische
Eilanden).
Dit
is
een
afstand
van
550
mijl
–
de
langste
oversteek
die
we
tot
dus
ver
gedaan
hadden
met
alleen
ons
twee
aan
boord.
Het
lange
termijn
weerbericht
zag
er
goed
uit,
windkracht
4
–
6
uit
het
noorden.
Volgens
het
pilot
boek
is
dit
normaal
voor
deze
oversteek.
Toen
we
uit
de
haven
vertrokken
was
er
een
lichte
wind
uit
het
zuiden.
Deze
wind
hielden
we
de
eerste
twee
uur.
Dit
kwam
kennelijk
doordat
we
in
de
luwte
van
Portugal
zaten.
Maar
daarna
stak
eindelijk
de
wind
uit
het
noorden
op.
De
eerste
drie
dagen
hadden
we
inderdaad
windkracht
4
tot
6
uit
noord
tot
noord-west.
De
zee
was
tamelijk
ruw.
Drie
tot
vier
meter
hoge
golven
doemden
achter
ons
op,
alsof
ze
in
de
kuip
wilden
landen.
Maar
dan
werd
het
achterschip
opgetild,
en
ging
de
golf
onder
ons
door,
terwijl
de
boot
accelereerde.
De
stuurautomaat
stuurde
geweldig
op
deze
voor-de-windse
koers.
Tania
was
een
beetje
bang
in
deze
condities.
Ze
dacht
dat
ze
de
boot
niet
in
bedwang
zou
kunnen
houden
als
dit
nodig
mocht
worden.
Ik
moedigde
haar
aan
om
te
proberen
om
zelf
met
de
hand
te
sturen.
Tot
haar
verbazing
ging
dit
erg
goed.
Het
was
veel
makkelijker
dan
ze
gedacht
had.
Ze
kreeg
meer
zelfvertrouwen,
meer
vertrouwen
in
de
boot,
en
ze
was
niet
bang
meer.
De
eerste
paar
dagen
van
een
oversteek
zijn
altijd
erg
vermoeiend.
Je
lichaam
moet
wennen
aan
een
ander
ritme
(wij
deden
drie
uur
op
en
drie
uur
af),
en
je
moet
overdag
slaap
inhalen.
Bovendien
wordt
je
ook
slaperig
van
de
zeeziekte
tabletten,
die
we
de
eerste
dagen
nodig
hebben.
Na
drie
dagen
begon
het
leven
op
zee
een
routine
te
worden,
en
waren
we
niet
zo
moe
meer.
Die
laatste
dag,
terwijl
de
Canarische
Eilanden
dichterbij
kwamen,
viel
de
wind
volledig
weg.
Tot
die
tijd
hadden
we
erg
snel
gevaren.
We
moesten
langzamer
gaan
varen,
zodat
we
niet
voor
het
eerste
daglicht
in
de
jachthaven
van
Puerto
Calero
zouden
aankomen.
Het
is
over
het
algemeen
geen
goed
idee
om
een
onbekende
haven
in
het
donker
binnen
te
varen.
Dus
zetten
we
de
motor
langzaam
aan,
en
hadden
een
luie
dag
op
zee.
Zodra
het
licht
werd
voeren
we
de
jachthaven
binnen.
Hier
hoorden
we
voor
het
eerst
van
de
vreselijke
gebeurtenissen
in
Amerika
op
11
september.
Op
de
een
of
andere
manier
hadden
we
het
nieuws
niet
gehoord
of
gezien
voor
ons
vertrek
op
de
dertiende.
Puerto
Calero
is
een
prachtige
jachthaven,
met
palmbomen
en
een
rij
kleine
restaurants
langs
het
water.
We
vonden
een
monteur
die
toevallig
ook
dealer
was
voor
Spectra
watermakers.
Dat
kwam
goed
uit,
want
onze
watermaker
maakte
een
vreemd
geluid.
Hij
kon
onze
watermaker
repareren
onder
garantie,
maar
hij
had
onderdelen
uit
de
Verenigde
Staten
nodig.
Helaas
duurt
dit
drie
weken
in
de
Canarische
Eilanden,
zelfs
met
DHL.
Uiteindelijk
heeft
het
een
maand
geduurd
voordat
de
watermaker
weer
werkte.
Maar
voor
ons
was
dit
geen
probleem.
We
gebruikten
de
tijd
om
Lanzarote
en
Fuerteventura
te
verkennen,
om
wat
klusjes
aan
boord te doen en om gewoon wat te relaxen.
Lanzarote
is
een
erg
droog
eiland.
Net
als
alle
andere
Canarische
Eilanden
is
het
van
vulkanische
oorsprong.
De
expatriate
monteur
die
onze
watermaker
repareerde
vond
dat
het
eiland
op
de
maan
leek.
Dat
was
wel
een
rake
vergelijking.
Afgezien
van
de
stranden,
zijn
de
meeste
andere
toeristische
attracties
ontwerpen
van
Cesar
Manrique,
een
lokale
kunstenaar
die
internationaal
beroemd
is
geworden.
Onder
die
attracties
bevonden
zich
zijn
eigen
huis,
dat
gedeeltelijk
in
een
lava
tunnel
gebouwd
is,
een
cactus
tuin
en
een
grote
lava
grot
die
hij
omtoverde
tot
een
prachtige
feestzaal
met
zwembad.
Tania
en
ik
vonden
zijn
werk
erg
mooi,
maar
desondanks
voelden
deze
toeristische
attracties
op
den
duur
toch
aan
als
een
"tourist
trap".
Ze
waren
ontworpen
en
gebouwd
om
geld
uit
de
zakken
van
de
toeristen
te
troggelen.
Tot
onze
grote
verbazing
vonden
we
ook
een
wijnstreek
op
dit
droge
eiland.
We
kochten
een
fles
demi-sec witte wijn van de wijngaard, die erg lekker was.
Tijdens
ons
verblijf
in
Lanzarote,
kwamen
de
deelnemers
aan
de
mini-transat
race
aan
in
de
jachthaven
van
Puerto
Calero.
Zij
waren
gestart
in
Frankrijk
en,
na
een
stop
van
ongeveer
een
week,
gingen
zij
door
naar
Brazilië.
Deze
moedige
(of
overmoedige?)
jonge
lui
racen
in
hun
eentje
over
de
Atlantische
Oceaan
in
een
soort
uit
de
kluiten
gewassen Lasertje.
Het
landschap
van
Fuerteventura,
met
z’n
vele
kleurrijke
rotsformaties
deed
ons
sterk
denken
aan
Oman.
Er
was
ook
een
gebied
met
zandduinen.
Het
zand,
tussen
twee
haakjes,
komt
uit
de
Sahara
en
is
komen
aanwaaien
met
een
oosten
wind.
Het
Jandia
gebied
in
het
zuiden
heeft
een
kilometers
lang,
prachtig
strand
met
wit
zand
en
turquoise
water.
Hoewel
het
niet
bestemd
was
als
naaktstrand
waren
er
toch
veel,
vaak
lelijke
toeristen
die
al
hun
kleren
uittrokken.
Ik
vond
dat
dit
alleen
zou
moeten
kunnen
nadat
ze
eerst
toestemming
hadden
gekregen
van
een
schoonheidscommissie.
We
legden
aan
in
de
haven
van
Corralejo.
Het
Island
Rock
Café
in
Corralejo
heeft
elke
avond
levende
muziek,
en
een
gezellige
sfeer.
We
vonden
ook
een
leuke
bar
in
Calle
La
Ballena
waar
een
Engelse
vrouw
achter
de
bar
stond,
en
een
erg
klein
(6
tafels),
maar
erg
goed
Italiaans
restaurant
in
dezelfde
straat.
Gedurende
een
dag
en
een
nacht
lagen
we
voor
anker
in
de
luwte
van
Isla
de
Lobos,
net
voor
de
kust
van
Fuerteventura.
Het
water
is
hier
kristal
helder.
Isla
de
Lobos
heeft
geen
faciliteiten
voor
toeristen,
en
hoewel
we
wat
lagen
te
deinen
op
de
golven,
is
het
hier
heerlijk
rustig
’s
nachts.
Overdag
komen
er
veerboten
met
toeristen
uit Fuerteventura en ook jet ski’s etc., die de rust verstoren.
Kort
nadat
we
in
Lanzarote
waren
aangekomen,
kreeg
Tania
af
en
toe
last
van
duizeligheid.
Ze
had
dit
jaren
geleden
eerder
gehad,
en
toen
was
het
na
twee
weken
vanzelf
over
gegaan.
Toen
ze
er
na
drie
weken
nog
steeds
last
van
had,
besloten
we
om
naar
een
dokter
te
gaan.
We
gingen
naar
een
privé
ziekenhuis
in
Lanzarote.
De
dokter
raadde
ons
aan
om
naar
een
aantal
specialisten
te
gaan
in
Tenerife,
en
Tania
maakte
daar
afspraken
voor.
Zodra
de
watermaker
gerepareerd
was,
vertrokken
we
naar
Tenerife.
Van
Lanzarote
naar
Tenerife
is
ongeveer
24
uur
zeilen.
Het
werd
een
heerlijke
tocht,
met
ruime
wind
kracht
4-5.
We
kwamen
aan
in
de
haven
van
Santa
Cruz
twee
dagen
voor
Tania’s
afspraken
in
het
ziekenhuis.
Helaas
waren
alle
plaatsen
aan
de
steiger
bezet
en
konden
we
alleen
aan
de
havenmuur
gaan
liggen.
Dit
betekende
dat
het
erg
moeilijk
was
om
aan
land
te
gaan
bij
laagtij,
wanneer
de
havenmuur
2
meter
boven
het
dek
was,
en
ik
liet
de
boot
hier
niet
graag
onbeheerd
achter.
Gelukkig
kregen
we
de
volgende
morgen
een
plek
aan
de
steiger
toegewezen.
De
specialisten
in
Santa
Cruz
wisten
snel
een
diagnose
te
stellen
voor
Tania’s
duizeligheid.
Het
was
onschuldig
en
zou
vanzelf
verdwijnen
als
ze
gedurende
een
paar
weken
bepaalde
oefeningen deed, 2 – 3 keer per dag. Dat is inmiddels ook gebeurd.
In
de
tussentijd
hadden
we
de
gelegenheid
om
Tenerife
te
verkennen.
Santa
Cruz
is
een
erg
drukke
industrie
haven,
met
ferry-
en
container
terminals.
De
jachthaven
ligt
tegenover
Plaza
de
España,
het
centrum
van
de
oude
stad.
Vanaf
dit
plein
lopen
diverse
winkelstraten,
allemaal
in
de
schaduw
van
prachtige
groene
bomen.
Er
zijn
een
aantal
prachtige
historische
gebouwen,
en een mooi park / botanische tuin.
Tenerife
is
het
grootste
eiland
van
de
archipel,
en
ook
het
hoogste.
De
Teide,
een
gigantische
vulkanische
kegel
bereikt
een
hoogte
van
3718
meter.
De
wind
komt
meestal
uit
het
noord-oosten,
met
als
gevolg
dat
het
noorden
van
het
eiland
bedekt
is
met
weelderig
groene
bomen
en
planten.
Het
zuiden
van
het
eiland
is
droog
en
krijgt
de
meeste
zon.
Men
heeft
zeven
verschillende
klimaatzones
geidentificeerd
op
dit
eiland,
en
daarom
wordt
het
eiland
soms
"een
continent
op
zichzelf"
genoemd.
We
hebben
drie
dagen
een
auto
gehuurd
om
het
eiland
te
verkennen.
Naarmate
je
hoger
komt
wordt
de
temperatuur
lager,
en
we
hebben
heerlijk
gewandeld
in
het
bos.
Op
een
lager
niveau
vind
je
bananenplantages
en
wijngebieden.
In
de
buurt
van
de
top
van
de
Teide
is
het
koud
en
droog.
Hier
ben
je
boven
de
wolken.
Bij
zonsondergang
is
het
uitzicht
adembenemend.
Je
ziet
de
eilanden
van
La
Gomera,
El
Hierro,
en
La
Palma
hun
hoofd
door
de
wolken
steken.
Voordat
we
naar
Tenerife
kwamen
dacht
ik
dat
het
eiland
verpest
was
door
het
toerisme.
En
inderdaad,
het
toeristisch
centrum
Playa
de
las
Americas
in
het
zuiden
is
verschrikkelijk,
met
overal
van
die
schreeuwerige
lichtreclame.
Maar
gelukkig
blijven de meeste toeristen in dit toeristisch Mekka. En daarom hoefden we veel prachtige plekjes alleen te delen met de lokalen.
Een
prachtige
windjammer
met
vier
masten
bezocht
de
haven
van
Santa
Cruz.
Het
was
de
"Libertad",
die
eigendom
was
van
de
Argentijnse
marine,
en
die
gebruikt
werd
als
opleidingsschip
voor
hun
cadetten.
We
kregen
de
gelegenheid
om
aan
dek
rond
te
kijken
en
kletsten
wat
met
de
matrozen.
Zoals
je
zou
verwachten
was
het
schip
in
een
prachtige
staat
van
onderhoud.
Er
was
veel
messing
aan
dek,
wat
elke
dag
gepoetst
werd!
Vier
dagen
later
vertrok
het
schip
met
veel
ceremonieel
vertoon,
een
emotioneel
lied
uit
de
luidsprekers
en
de bemanning op de ra’s.
We
hadden
afgesproken
om
Max
te
ontmoeten
op
Gran
Canaria.
Max
komt
uit
Liverpool.
We
hebben
hem
in
Caracas
leren
kennen,
waar
we
lid
waren
van
dezelfde
duikvereniging
en
we
maakten
samen
veel
weekend
trips
buiten
de
stad.
Op
23
oktober
zeilden
we
van
Santa
Cruz
naar
Las
Palmas
op
Gran
Canaria.
Dit
is
een
afstand
van
55
mijl,
bijna
recht
tegen
de
wind
in,
en
met
een
halve
knoop
stroom
tegen.
We
wilden
er
zeker
van
zijn
dat
we
voor
het
donker
in
Las
Palmas
zouden
aankomen,
dus
stonden
we
vroeg
op
en
zeilden
om
half
zeven
’s
morgens
de
haven
van
Santa
Cruz
uit.
Alegria
zeilde
erg
goed,
hoog
aan
de
wind
en
met
een
snelheid
van
bijna
6
knopen
tegen
een
ruwe
zee
op.
We
konden
het
noordelijkste
puntje
van
Gran
Canaria
net
halen
zonder
te
kruisen.
We
kwamen
om
vier
uur
’s
middags
in
Las
Palmas
aan.
We
gingen
voor
anker
voor
de
nacht,
en
de
volgende
ochtend
kregen
we
een
plaatsje
toegewezen
aan
de
steiger.
De
vriendelijke
eigenaar
van
een
zwart
jacht
naast
ons
hielp
ons
met
onze
trossen.
Toen
herkenden
we
hem
pas.
Het
was
Gerard,
die
we
ontmoet
hadden
op
onze
EHBO
cursus
in
Rotterdam.
Hij
zeilt
alleen,
en
is
van
plan
om
naar
Brazilië
en
Chili
te
gaan.
Het
was
leuk
om
met
Gerard
van
gedachten
te
wisselen
en
om
zijn
zelfgebouwde
schip
te
bekijken.
Gerard
is
een
heel ervaren zeiler.
Ik
was
nog
steeds
niet
tevreden
met
de
kreukels
die
we
in
het
zeil
kregen
als
het
grootzeil
gereefd
werd
(we
hebben
een
rolrif
op
het
grootzeil).
Ik
had
gesproken
met
de
zeilmaker
in
Denemarken.
Zijn
vertegenwoordiger
in
de
Canarische
Eilanden
is
in
Las
Palmas. Op aanraden van de ontwerper, heeft deze het "voorlijk" iets anders gesneden. Dit was een aanzienlijke verbetering.
De
volgende
avond
kwam
Max
aan
met
zijn
vriendin
Alex.
Samen
hebben
we
Gran
Canaria
verkend.
Ze
zijn
een
week
bij
ons
gebleven.
De
hoofdstad
Las
Palmas
is
een
grote
moderne
stad
met
luxe
winkels
en
warenhuizen.
Max
en
Alex
waren
blij
verrast
toen
ze
ontdekten
dat
de
prijzen
hier
behoorlijk
wat
lager
waren
dan
in
Engeland.
Het
oude
stads-centrum
heeft
een
aantal
prachtige
historische
gebouwen.
Het
Cristobal
Colón
museum,
dat
gevestigd
is
in
het
voormalige
huis
van
de
gouveneur,
vertelt
het
verhaal
van
de
ontdekking
en
colonisatie
van
Amerika.
Het
noordelijk
deel
van
het
eiland
heeft
prachtige
groene
dalen
met
gemengde
begroeiing
(naaldbomen,
cactussen
en
agaves)
en
ook
bananen-
en
citrus
plantages.
We
vonden
wat
mooie,
oude
dorpen
in
de
bergen,
die
nog
vrijwel
onaangetast
zijn
door
het
toerisme.
De
monsterlijke
toeristensteden zijn gebouwd rond de stranden in het zuiden.
We
gingen
een
dagje
zeilen.
Alex
had
nog
nooit
eerder
gezeild,
en
ze
vond
het
leuk
om
een
keertje
het
roer
te
nemen.
Aan
het
eind
van
de
dag
gingen
we
terug
naar
de
jachthaven
van
Las
Palmas.
Toen
we
achteruit
naar
onze
ligplaats
voeren,
stond
opeens
het
roer
vast.
Ons
roer
wordt
met
een
staalkabel
bediend,
en
die
was
van
het
kwadrant
geschoten.
Gelukkig
was
er
die
dag
slechts
een
lichte
wind,
en
door
de
motor
in
de
vooruit
te
zetten
kon
ik
langzij
komen
bij
een
catamaran
aan
het
eind
van
de
stijger.
Toen
ik
beter
keek,
zag
ik
dat
een
van
de
schijven
waar
de
kabel
overheen
liep
niet
goed
in
lijn
stond
met
de
kabel.
De
volgende
dag
vonden
we
een
bedrijf
die
dit
kon
verhelpen.
Hallberg Rassy betaalt voor de reparatie onder garantie.
Max
en
Alex
zijn
een
week
bij
ons
gebleven.
Een
paar
dagen
nadat
zij
weg
waren
kwam
Paul
van
der
Kooy
aan,
een
goede
vriend
uit
Oman,
die
nu
met
zijn
gezin
in
Brunei
zit.
Met
z’n
drieën
zullen
we
de
Atlantische
Oceaan
oversteken
naar
Antigua
in
de
Caribbische
zee.
We
gaan
samen
met
John
en
Amanda
aan
boord
van
de
"Mahina
Tiare",
een
Hallberg
Rassy
46,
en met Tad en Joyce aan boord van de "Lyric", een Alden 44